Na de revalidatie begint het pas

Na de revalidatie begint het pas

 “Ik heb een vorm van reuma en viel uit op mijn werk. Na een revalidatietraject ben ik aan het opbouwen. Nu ben ik pas halverwege mijn contracturen, en ik merk dat ik ’s middags weer moet rusten. Dat hoefde ik niet na het revalidatietraject. Mijn bedrijfsarts zegt dat het werk dan te zwaar is. Ik heb een erg leuke baan. Die wil ik niet kwijt. Wat kan ik doen?”, geeft O. aan.

Dit komt vaker voor. Je hebt een revalidatietraject gevolgd en daarna volgt een algemeen opbouwschema. Vaak stelt de bedrijfsarts dit schema op en geeft aan dat je elke week, of elke twee weken, een uur meer werkt.

 

Maatwerk

En daar zit de kern van het probleem. Opbouwen is maatwerk. Dit is afhankelijk van:

  • de steun van je leidinggevende en collega’s,
  • de taken binnen de functie,
  • de beperkingen en mogelijkheden van de aandoening,
  • de manier waarop je opbouwt,
  • hoe je dit allemaal inpast in je dagelijks leven.

Een algemeen schema werkt vaak tot een bepaald aantal uren goed en daarna stokt het.

Is de functie dan te zwaar? Of is het aantal uren van het contract te veel? Dat weet je op dat moment nog niet.

Trainen

Het rare is dat als we beginnen met hardlopen of fitness, we het heel normaal vinden dat je rustig opbouwt. Dus niet elke dag hardlopen of fitnessen. Voldoende rust inbouwen om je lichaam te laten wennen aan de toegenomen belasting, is van groot belang om blessures te voorkomen.  In het begin ga je vaak snel vooruit. Hoe verder je komt, hoe meer het draait om details. Soms moet je even pas op de plaats maken of een stapje terug doen om er sterker uit te komen.

Het opbouwen van je werkzaamheden, kun je ook als een training zien. Als je op je werk, de belasting in  1 rechte lijn laat toenemen, gaat het een keer mis. Je lichaam krijgt te weinig tijd om aan de toegenomen belasting te wennen en te herstellen. Dat is zoeken en aftasten en per persoon verschillend.

Aandachtspunten

Enkele belangrijke aandachtspunten bij het opbouwen van werkzaamheden.

  • Overleg met je leidinggevende wat in jullie situatie de beste manier is om op te bouwen. In taken of in aantal uren.  Taken zijn vaak motiverender omdat je dan werkelijk kan laten zien wat je gedaan hebt.
  • Zorg dat er voldoende gelegenheid is om te herstellen, zeker in het begin. Begin om de dag een x aantal uur in plaats van elke werkdag een x aantal uur.
  • Begin op een niveau waarvan je zeker weet dat je het aankunt, dat is stimulerender dan stappen terug te moeten doen.
  • Houd er rekening mee dat in het begin de opbouw snel kan gaan maar hoe verder je in de opbouw komt, het steeds lastiger wordt om vooruitgang te boeken. Opbouwen draait dan om details.

Is O. nu terug bij af? Nee, wel is het verstandig een pas op de plaats te maken. Even niet verder opbouwen. Kijken of het lichaam went aan de huidige belasting.  Je weet dan na een week of 2 wel het resultaat. Dat bepaalt de volgende stap. Na de revalidatie begint het eigenlijk pas.

Wat zijn jouw ervaringen tijdens het opbouwen van je werkzaamheden? 

Deel dit artikel

Facebook
Twitter
Linkedin
WhatsApp
Email

7 reacties

  1. Bij mij is het opbouwen te vroeg begonnen. Achteraf bezien en na het lezen van veel informatie over revalidatie en ergotherapie en over opbouwen na langdurige/heftige ziekte/ziekenhuisopname snap ik dat ik nog onvoldoende hersteld was van een SLE opvlamming (die uiteindelijk resulteerde in een hartspierontsteking en hartfalen) toen ik begon met opbouwen.
    Ik kreeg ook geen revalidatietraject aangeboden (helaas), die kwam pas later, toen ik na een jaar proberen totaal vastliep op het werk en uitviel met depressieve klachten. Zo’n traject had me waarschijnlijk goed op weg geholpen, meer inzicht gegeven, handvatten om het opbouw/herstel proces te begrijpen, en wellicht ook uit te kunnen leggen aan de leidinggevenden. Nu kwam het ’te laat’ voor wat mijn werk betreft, al heeft het me dus achteraf wel de inzichten opgeleverd, en hielp het me uit mijn depressie.

    Ik moet zeggen dat mijn eigen inzicht in de autoimmunziektes (SLE vooral) en de door een opvlamming ontstane hartspierontsteking en hartfalen op dat moment ook hopeloos te kort schoot. Ik heb zelf niet begrepen hoeveel ik had ingeleverd na 6 weken ziekenhuis, laat staan dat ik dat kon overbrengen aan anderen. Voorzichtige bewoordingen van reumatoloog en reumaverpleegkundige hielpen ook niet. Op mijn vraag wanneer ik weer kon gaan werken werd gezegd dat ik daar maar niet aan moest denken, maar alleen aan mijn herstel. Maar mijn werk is (nu dus was) mijn inkomen en ik was niet van plan dat zomaar te laten vallen om alleen te focussen op herstel. Mijn fout? Had ik het niet begrepen? Hadden ze het anders kunnen formuleren? Was een revalidatietraject niet op z’n plaats geweest?

    De bedrijfsarts ging uit van mijn optimisme en positiviteit, hoewel ik wel steeds aangaf dat het me zoveel energie kostte en het rijden naar mijn werk (dat kon ik pas na een jaar trouwens, 15 minuten heen en dito terug) me eigenlijk al teveel energie kostte, zodat ik vooral thuis heb gewerkt (en daar teveel uren maakte om steeds het gevoel van tekortschieten te compenseren).

    Ook mijn leidinggevenden waren uit op zo snel mogelijk weer aan het werk. Hoeveel kun je doen? Wat kun je doen? Waarom kun je nu niet wat je eerder wel kon? Weet je wel hoeveel dit kost? Waarom duurt het zo lang? Zou je niet je uitstaande vrije dagen eens inleveren, want als bedrijf moeten we niet meer van die langdurige zieken hebben. Dat soort commentaar en opmerkingen kwamen steeds vaker voor, al waren de eerste vier/vijf maanden nog wel meelevend en belangstellend.

    Achteraf een combinatie van onbegrip (van mijn kant, van leidinggevenden), gemiste kansen (revalidatietraject na vier maanden thuis, niet pas na twee jaar), gebrek aan inzicht in wat opbouwen nou eigenlijk inhoudt (en nee, dat is dus géén rechte lijn omhoog), een bepaald werk-ethos hebben gecombineerd met de gewoonte ‘vage’ klachten te negeren (gewoon doorgaan, hoe slecht je je ook voelt – heb ooit ook een aantal dagen doorgelopen met een longembolie in 2014 en met een gescheurde wervel in 2010 – zelfs de artsen hadden het niet door – respectievelijk in eerste instantie ‘een verrekte tussenribspier’ en ‘zal wel gekneusd zijn’).

    Persoonlijk denk ik ook dat binnen bedrijven weinig tot geen kennis is over opbouwen, al kan ik me vergissen, want ik heb natuurlijk vooral mijn eigen ervaring en van slechts een aantal anderen gehoord. Soms hoor ik hele goede, fijne, ervaringen met werkgevers. Dat geeft me altijd moed dat er wellicht nog iets is dat ik zou kunnen gaan doen. Niet op mijn oude tempo, en zeker niet met mijn oude ‘werk-ethos’, maar wel met luisteren naar mijn lijf en een veel beter begrip.

    1. Beste Marja,

      Dank je wel voor je uitvoerige en persoonlijke verhaal. Je bevestigt hoe belangrijk het is goede begeleiding te krijgen als je een chronische aandoening krijgt. Zeker als het een zeldzame aandoening is, zoals jij hebt. Er is op dit gebied nog veel werk te verrichten. Als zijn er inderdaad steeds meer werkgevers die open staan voor goed gezond werk. Ik hoop dat je werkzaamheden vindt waar jij je ei kwijt kunt met de ervaringen die je hebt opgedaan.

      Hartelijke groet,
      Annemiek

  2. Ik herken veel in dit verhaal over revalidatie. Ik werkte in overleg met mijn werkgever aanvankelijk minder uren per dag. Dit ging zo goed, dat de leidinggevende al gauw vond dat er een schepje bovenop mocht. En op een gegeven moment heb ik bewust op de rem getrapt. Ik merkte dat wanneer ik meer ging doen, ik al heel snel tegen mijn grenzen aan zat.

    1. Dank je wel voor je reactie Natalie. Knap dat je hebt aangegeven waar je grenzen liggen. Het is een gezamenlijke zoektocht van jou en je werkgever om te bekijken hoeveel uur je het beste kan werken met je gezondheidsklachten. Soms is dat een x aantal uren, soms zijn dat andere taken of een combinatie van beiden.

  3. Door uit te proberen kan je een schema altijd aanpassen. Mijn zus is ook langzaamaan begonnen met werken na een revalidatieperiode. Goed overleg met je leidinggevende is een must. Daarnaast moet je natuurlijk ook zelf je limiet aangeven en rust pakken wanneer het niet gaat.

    1. Dag Vincent,
      Je slaat de spijker op zijn kop. De relatie met je leidinggevende is van groot belang voor een goed resultaat. Een goede leidinggevende staat experimenteren ook toe. En langzaamaan beginnen en grenzen aangeven ook. Meestal gaat dat in het begin wel goed. Het begint vaak te wringen als de waan van de dag weer toeslaat en collega’s gewend zijn aan je aanwezigheid. Werk weer opbouwen is en blijft maatwerk waarbij je rekening moet houden met tal van factoren. Een ding is zeker. Te snel opbouwen werkt averechts .

    2. Dag Vincent,
      Je slaat de spijker op zijn kop. De relatie met je leidinggevende is van groot belang voor een goed resultaat. Een goede leidinggevende staat experimenteren ook toe. En langzaamaan beginnen en grenzen aangeven ook. Meestal gaat dat in het begin wel goed. Het begint vaak te wringen als de waan van de dag weer toeslaat en collega’s gewend zijn aan je aanwezigheid. Werk weer opbouwen is en blijft maatwerk waarbij je rekening moet houden met tal van factoren. Een ding is zeker. Te snel opbouwen werkt averechts .

      Hartelijke groet,
      Annemiek

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2008 – 2024 Annemiek de Crom | Privacyverklaring | Cookieverklaring | Algemene Voorwaarden | Sitemap
Ga naar de inhoud